W ORLD E XPLORER     

Siteoverzicht
Email
Homepage
     

Rubriek : Dier - algemeen

Het ori�ntale overgangsgebied

Tussen het ori�ntale gebied en het Australische gebied - dat ook Nieuw-Guinea omvat - liggen vele eilanden. De drie grote eilanden daarvan zijn Borneo, Sumatra en Java (het eilandje Bali bij Java gerekend). De kleinere eilanden omvatten onder andere de Molukken. In voregere tijden streden verschillende Europese naties om het bezit ervan, omdat de plantenwereld er producten leverde zoals muskaatnoot en kruidnagel.
Dit gebied heeft een eigen dieren- en plantenwereld en vormt een overgangsgebied tussen de typisch ori�ntale vormen van het dieren- en plantenleven en de totaal ervan verschillende Australische dieren en planten. Alfred Wallace, de negentiende eeuwse Britse natuuronderzoeker, merkte die verschillen op, toen hij in dit gebied de dierenwereld onderzocht. Hij ontdekte bijvoorbeeld hoe totaal verschillend de dierenwerelden waren van de twee vlak bij elkaar gelegen eilandjes Bali en Lombok. Er lag een zeestraat tussen, de Selat Lombok, van slechts 25 tot 35 km breed, maar zeer diep. Natuurlijk konden verschillende vogels erover vliegen en werden enkele diersoorten door de mens overgebracht. Maar over het geheel bleken de verschillen in het dierenleven er zeer opmerkelijk te zijn. De denkbeeldige lijn door Selat Lombok, en noordwaarts tussen Borneo en Celebes, wordt ook wel de 'Lijn van Wallace' genoemd. Ten westen van deze lijn kunnen we dieren vinden als kartpers en andere typische Europese zoetwatervissen, maar ook oosterse vogels als buulbuuls en zoogdieren als stekelvarkens, makaken en civetkatten. Ten oosten van die lijn komen veel typische Australische dieren voor, zoals kaketoe's en paradijsvogels, de merkwaardige grootpoothoenders met hun opvallende broedgewoonten en vele buideldieren, zoals koeskoezen en boomkangoeroe's.
Bovendien komen in dit overgangsgebied en op de aangrenzende Filipijnen, meer dieren voor die er uniek zijn. Op Celebes leven enkele soorten apen die een sterke gelijkenis vertonen met de bavianen, die alleen in Afrika en Arabi� voorkomen. Verder vindt men dan de moormakaak, die zich van de andere makaken onderscheidt doordat hij bijna geen staart heeft en een zeer dikke vacht van lange, zwarte haren. Behalve verschillende voor Celebes unieke soorten eekhoorns en civetkatten, leeft er een wild zwijn : het hertzwijn of babiroesa. Dit dier heeft lange poten en een bijna kale, dikke huid. Het mannetje heeft vier grote sterk gekromde slagtanden, waarvan de twee die uit de bovenkaak komen door de huid heengroeien. Daardoor lijkt het alsof ze bovenuit zijn snuit groeien.
Het hertzwijn is een schuchter nachtdier, dat leeft van vruchten, waterplanten en insectenlarven uit drassige gebieden bij de rivieren. Om zijn smakelijke vlees wordt hij plaatselijk veel gejaagd. Een miniatuur-buffel die alleen op Celebes voorkomt, is de anoa of gemsbuffel, die meer op een antilope lijkt dan op een buffel. Uniek voor het Filipijnse eiland Mindanao is de apen-arend, een nu ernstig bedreigde roofvogel die onder meer van apen en andere zoogdieren leeft.
Het leven op de eilanden heeft misschien de ontwikkeling van steeds grotere insecten bevorderd. Men vindt daar enkele reusachtige grote page-vlinders met schitterende kleuren. Op ieder eiland komen weer andere soorten voor van deze prachtige vlinder. Er komt ook een reusachtige kever voor, waarvan de larven door de inboorlingen gegeten worden. Nog een dier van enorme afmetingen is het grootste nog levende reptiel, de Komodo-varaan (zie foto), in feite een hagedis.
Het bestaan van dit reptiel, de 'draak van Komodo', was al jaren gemeld door inheemse vissers. Maar hun verhalen werden als fabeltjes afgewezen. In 1912 landde een Nederlandse vliegenier op het eiland Komodo en zag daar toen enorme draakachtige dieren. Aanvankelijk werd ook hij nauwelijks geloofd. Een op onderzoek uitgestuurde Nederlandse officier kwam terug met de lichamen van twee exemplaren van de Komodo-draken. Nadat zo het bestaan van deze 'monsters' was vastgesteld, vertrokken vele jagers naar Komodo. De plaatselijke gezaghebber, kondigde toen maatregelen af ter bescherming van deze reuzenhagedis.
De Komodo-varaan is ongeveer drie meter lang en kan 160 kg wegen. Hoewel hij vraatzuchtig en buitengewoon sterk is, valt hij mensen niet aan. Hij jaagt op wild, zo groot als wilde zwijnen en eet ook dode dieren. Omdat bekend raakte dat de Komodo-varaan een heel hert met botten en al opeet, wordt er wel op hem gejaagd met een pas gedood hert als lokaas. Op dit ogenblik komt hij voor op de lijst met diersoorten die ernstig worden bedreigd.
 


Klik hier om deze pagina als je startpagina in te stellen !

Google
 
Web www.worldexplorer.be
www.infoblog.be
© 2006 - WorldExplorer